Acquoy met zijn 15e-eeuwse scheve toren waaronder mevrouw Cornelia Pisa sinds 1941 begraven ligt. Een toevallige samenkomst?
Nee, het blijkt dat mevrouw Pisa een inwoonster was van Acquoy en getrouwd was met de hervormde predikant zoals op de steen vermeld. Ze kwam van oorsprong uit Utrecht waar de naam Pisa wel vaker voorkomt een van origine Italiaanse naam.
Een andere belangrijke geboren inwoner van Acquoy blijkt Cornelius Jansenius te zijn, de bisschop van Ieper. Het jansenisme, een religieuze en politieke beweging uit de 17de-eeuw is naar hem vernoemt. Kenmerkend voor de levenspraktijk van de jansenisten was onder andere hun pessimistische ethiek. Ze verwierpen de pauselijke onfeilbaarheid en Maria's Onbevlekte Ontvangenis, die 200 jaar later als absolute geloofswaarheden werden bevestigd, en stelde strenge voorwaarden voor de toediening van de sacramenten. Een rumoerig verhaal voor zo'n rustig dorpje aan een dode arm van de Linge.
We blijven er niet al te lang bij stil staan en wandelen al snel het dorpje uit waar een eindje verderop het volgende verdedigingswerk van de Waterlinie al bijna een eeuw op ons ligt te wachten. Ford Asperen. Dit fort heeft de naam gekregen van plaatse wat een klein eindje verderop ligt. Het is een torenfort en ligt ter verdediging van het achterland langs de dijk die een doorgang in de waterlinie is.
Asperen is ons welbekend. Een doorgang van enkele van onze vele wandelingen.
- 17 april 2004 Bloesemtocht
- 28 december 2008 Culemborg Asperen (Grote Gelderse Grensroute)
- 1 februari 2009 Asperen - Brakel (Grote Gelderse Grensroute)
- 5 juli 2009 Beesd - Leerdam (Lingepad)
- 17 mei 2015 Acquoy - Gorinchem (Waterliniepad)
En zo blijkt het niet alleen in de tijd van de Hollandse Waterlinie een belangrijk punt te zijn maar is het dat nog steeds. We verlaten voor even de Linge en wandelen door de mooi natuur. Vooral in deze periode is die op zijn allermooist. De Koekoek is terug en laat dat luidkeels weten. De zwaluwen scheren laag over land en water en uitbundige bloei van de Meidoorn is op zijn hoogte punt. Geel, wit en paars voeren de hoofdtonen van het kleurenpalet. Vooral de Meidoorn is fascinerend. Niet alleen de kleur maar ook de zoetige geur en het gegons van de vele bijen maakt indruk. Ik zal wat foto's plaatsen van gebieden waar we doorheen mogen wandelen.
We nemen een koffie in de tuin bij De Uitspanning in Vogelswerf. Een gezellige koffie en theeschenkrij om vervolgens de doorsteek te gaan maken naar de Waal. Een mooi open gebied waar het met dit weer te veel of te weinig is. De zon wekt wat warmte op en de wind doet zijn best deze weer weg te blazen. Net op het moment dat je je jas hebt uitgedaan omdat je begint te zweten beginnen de wind wat aan te trekken. Net even te fris dus tijd om je jas weer aan te trekken.
Net voordat we de Waal zien stromen komen we in Vuren. Een dorp die is ontstaan uit een nederzetting van rond 800. Het water zorgde voor de afzetting van voedselrijke klei maar ook voor heel veel wateroverlast. Dat rijke en vette rivierklei ligt er nog steeds de wateroverlast is verleden tijd. Die dijk gaat ons naar Gorinchem leiden. We starten langs de Waal. De Waal heeft zijn bestaan te danken aan de Rijn. Statig stroomt hij door het landschap tot aan Slot Loevestein want daar veranderd de naam van de rivier in Boven Merwede. Negen kilometer verderop bij Werkendam (ons einddoel) splitst de rivier zich in de Boven Merwede en de kunstmatig aangelegde Nieuwe Merwede. Geen wonder dat ik vroeger een onvoldoende had voor aardrijkskunde. Een van de langste rivier van Europa, de Rijn, stroomt wel ons land binnen maar komt er onder zijn eigen naam niet meer uit.
Tussen Vuren en Fort Vuren lopen we langs de onlangs prachtig gerestaureerde Vurensche sluis.
Om vervolgens langs de eveneens monumentale Hervormde kerk uit 1801 te lopen. Dat laatste valt op te maken uit de muurplaquettes waarop te lezen is: “Op den dertiende Juny des Jaars agtienhonderd en één lag Maria van der Kloes aan dit gebouw den eerste steen.” Op een andere plaquette staat te lezen waarvoor de kerk bedoeld is: “Den Christenen van Dalem tot eene oeffen-schoole in geloof, hoop en liefde”. Er heeft op een andere plek in Dalem een nog oudere kerk gestaan maar deze is waarschijnlijk ten prooi gevallen aan het water.
Bij Slot Loevestein lag vroeger de grens tussen Gelre en Holland. Op deze grens lag ook de belangrijke handelsstad Gorinchem. Een vestingstad die qua leeftijd niet onderdoet voor Vuren. Vanaf de 13de-eeuw werd er een verdedigingswal opgeworpen om zich te beschermen tegen de aanvallen uit Gelre en Holland. Vervolgens werden er stenen vestigingsmuren aangelegd en werden er 23 torens gebouwd waarmee het met recht een vestingsstad mocht worden genoemd.
| De Dalempoort |
Het duurde echter tot november 1382 voordat die stadsrechten ook werden verleend. In 1388 brandde zo'n beetje de hele stad af en in 1417 werd de stad definitief ingelijfd bij Holland en groeide uit tot de 9de stad. Er volgden goede en slechte tijden. De stad werd opnieuw omwalt en in 1673 opgenomen in de Oude Waterlinie van het gewest Holland en in 1815 ging de vesting deel uitmaken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Deze linie niet van het gewest Holland maar van het Koninkrijk der Nederlanden.
Van verre laat Gorinchem zich al zien. Over de dijk lopend zie je op geruime afstand al de contouren van korenmolen uit 1764 daterende De Hoop fier boven het land uitsteken.
Op de Grote Markt staat het oude stadhuis uit 1860 en ontworpen door de Rotterdamse bouwkundige A.W. van Dam en herbergt nu het Gorinchems museum. Boven de ingang valt onmiddellijk het wapen van Gorinchem op met de wapenspreuk "Fortes creantur fortibus" (Sterken brengen sterken voort). Het ziet er erg gedateerd uit maar is dat niet. Het wapen heeft pas in 1982 bij Koninklijk Besluit erkenning gekregen. Het wapen bestond al veel langer en was bij de adel ook wel aangevraagd maar er ontbraken wat zaken bij de omschrijving van het wapendiploma: er stond niets vermeld over de richting van de vanen op het poortgebouw, de kleur van de nagels van de schildhouders, het valhek in de poort noch de wapenspreuk. Dit is de reden dat de Hoge Raad op 24 juli 1816 een gedeeltelijke bevestiging gaf waardoor Gorinchem het lange tijd met een uitgekleed wapen moest doen. Het gemeentebestuur heeft dit later rechtgezet en kreeg op 24 maart 1982 alsnog erkenning van het te voeren wapen.
Op het balkon van het stadhuis staat bijna weggemoffeld en onopvallend onder dat enorme schild een gearmd bruidspaar. Ze behoren tot een keramiek "Bruidspaar met Cupido" gemaakt door Rob van der Ven. Cupido heb ik niet kunnen vinden maar misschien was die ter reparatie op reis. Hij was op nogal wat foto's op internet namelijk een arm kwijt.
![]() |
| Oude wapen Gorinchem (1816) |
![]() |
| Nieuwe wapen Gorinchem (1982) |
Voor het oude stadhuis staat een eveneens prachtige Classicistische waterfontein genaamd de Wilhelminafontein. Geplaatst ter ere van de 40 jarige regeerperiode van koning Willem III. Ook hier ging er echter iets mis bij de vergunning. Deze werd pas in 1898 verleend. Het jaar dat Koningin Wilhelmina de troon besteeg. En zon het gebeuren dat de fontein ter herinnering gebouwd aan werd aan de 40 jarige regeer periode van koning Willem III maar in de volksmond de naam kreeg Wilhelminafontein.
En dan de meest prangende vraag: Waarom spreek je Gorinchem uit als Gorkum?
Ik heb daar op internet het volgende over gevonden:
"De oudste schrijfwijze was Gurinchem (ca. 1200), een samenstelling van Gurinc/Gorinc (mogelijk een persoonsnaam) + hem, 'woonstede', hetzelfde woord als heem/heim in Heemstede en Sassenheim). De plaatselijke uitspraak moet allengs zijn overgegaan in /gori(n)kem/ en vervolgens in /gorkum/. Op papier heet de stad officieel nog altijd Gorinchem, met Gorkum of Gorcum als onofficiële variant. Dat de gesproken naam, /gorkum/, ook landelijk gebruikt wordt, is wel toegeschreven aan de invloed van verhalen over de martelaren van Gorcum (1572)."
Daar zul het mee moeten doen Jan Maarten!



